Na de val van Ceaucescu in 1990 is er heel veel veranderd in Roemenië. Het land is in 2007 zelfs toegetreden to de Europese Gemeenschap. Maar veel van
de omstandigheden die ten grondslag liggen aan het ontstaan van de Stichting Roemeense Kinderhulp zijn nog steeds aanwezig.Een grote groep mensen leeft nog steeds op de grens van armoede. Vooral veel ouderen hebben het heel erg moeilijk. Ze leven vaak in slechte omstandigheden en kunnen nauwelijks in hun levensonderhoud voorzien. De meesten hebben niet veel meer dan het karige staatspensioen. Dat wordt dan aangevuld met dat we ze aan groente verbouwen op een stukje land. En als ze het wat beter hebben dan bezitten ze wat kippen of soms een varken, geit en heel zelden een koe.
Qua huisvesting is het vaak een droevig verhaal. Een kamer(tje) waarin een kachel, een bed en een kast staat. Zo’n ruimte van 2x3 meter wordt soms bewoond door een gezin van 3 of 4 personen! En als er een tafel staat hebben ze het ‘rijk’. Een dak vol gaten is ook geen uitzondering. Met golfplaten of stukken plastic wordt getracht het regenwater en de sneeuw buiten te houden. De kachel wordt gestookt met hout, en dat betekent dat het binnen regelmatig wat mistig is en dat is goed te zien aan de zwarte aanslag op de wanden. Als ze boffen hebben ze nog een vloerkleed, maar er zijn ook verschillende ‘huisjes’ waar de woonkamervloer een zandbodem is. Elektriciteit en stromend water zijn niet aanwezig en natuurlijk ook geen riolering. Situaties die wij in ons land niet meer kunnen voorstellen. In Nederland hebben we die situatie al geen honderd jaar meer.
Geld voor kleren is er nauwelijks. De kinderen lopen in vodden en niet alleen ’s zomers op blote voeten. Als ze geluk hebben kunnen ze naar school waar nog wel eens kleren en schoeisel aan deze gezinnen wordt uitgedeeld.
Na de toetreding tot de EEG is zijn de omstandigheden voor deze groep mensen niet veel beter geworden. De verschillen tussen arm en rijk zijn alleen maar toegenomen. Het prijsniveau van veel dagelijkse behoeften is gestegen en de inkomsten zijn niet meegegroeid. Je hoort vaak: "Vroeger kon je al die spullen niet kopen omdat het er niet was, en nu kunnen we die niet kopen omdat we het geld niet hebben". Er is wel een bredere middengroep ontstaan en ook beduidend meer steenrijke mensen, maar de hulp de Stichting op veel plaatsen brengt is zeker nog steeds hard nodig!