Real time web analytics, Heat map tracking

Gastouder zijn van Roemeense kinderen. Het is soms een intensieve periode, maar levert veel mooie herinneringen op. Verlegen, drukke, bijzondere, inventieve kinderen. Gastouders die al langer meedoen met deze activiteit, hebben alle soorten kinderen vaak al voorbij zien komen. Meestal blijft na zo’n intensieve periode contact bestaan tussen het gastgezin en de kinderen. Zo ook tussen familie De Wit en een aantal van de kinderen die zij in huis hebben gehad. Jannie de Wit vertelt hier over een paar bijzondere kinderen die zij in hun hart hebben gesloten en waar zij nog steeds contact mee houden.dgb dewit 1

Marius “de Mexicaan”
Marius was een schat van een jochie. We noemden hem ‘Mister Mexico’. Dit vanwege zijn ronde koppie en zijn kleurtje. In werkelijkheid woont hij in de armste wijk van Sarateni. Hij genoot van alles. Voor hem was ontbijt al een traktatie. Zijn snee brood werd een gebakje ‘gezond’, elke dag weer. Zoetigheid was voor later. Hij moet een cultuurshock doorgemaakt hebben. Dat zagen we een paar jaar later met eigen ogen, toen we hem bezochten. Een lemen huisje met opgelapt dak. Je viel letterlijk met de deur in huis. Eén ruimte met een gloeilampje aan het plafond, een kast, een stoel, een tafel, een olievat omgebouwd tot kachel en twee bedden voor Marius, zijn ouders en twee broertjes. Een liefdevol gezin en alles zag er netjes uit (naar omstandigheden natuurlijk). We waren er op bezoek samen met een vriend uit Sovata die mee was gegaan als tolk. Hostad is een wijk, waar je niet komt als je daar niet echt een reden voor hebt. Ook onze vriend kwam er dus normaal gesproken niet. Het bezoek maakte veel indruk op hem. Afgelopen jaar september waren we er weer op bezoek. Marius is inmiddels 20, heeft een vriendin en twee dochtertjes van vier jaar (ze waren jarig, al merkten we daar in het huis niets van). Marius had in Duitsland gewerkt en van zijn verdiende geld een huis voor zijn gezin gebouwd: een aanbouw aan het lemen huisje van zijn ouders. Dit gedeelte is van steen en het dak is met golfplaten bedekt. Het huis is 4x4 meter en ook hier val je met de deur in huis. Het was door de modder veel geglibber om er te komen, maar eenmaal binnen zaten we in een gezellig
kamertje met Marius en zijn vriendin. De meisjes lagen te slapen op de bank. Ditmaal waren we zonder tolk. 

dgb dewit 2Gelukkig kan ik me een beetje redden in het Hongaars. Ik mis wel het nodige, maar samen bij hen op bezoek te zijn heeft ook iets bijzonders. Ze hebben trouwens ook maar twee stoeltjes. De muren hebben een mooi kleurtje. Het kacheltje was lekker aan. Een gloeiampje aan het plafond en inmiddels ook een keukenblok en koelkast. Na enige tijd werden de meisjes wakker en die schrokken van de vreemde gezichten. Ze werden lief getroost door hun ouders. De cadeautjes die we hadden meegebracht maakten veel goed. Ik heb bewondering voor dit jonge gezinnetje. Natuurlijk zijn de vier dozen die we elk jaar sturen welkom, maar hun eigen inzet is veel belangrijker. Hij schreef me: “Ik hoop mijn kinderen een betere toekomst te geven. Die van mij was niet zo best!” Het is wel jammer dat, als je op Hostad woont, de deuren niet echt voor je opengaan voor een leuke baan. Dat hij al op zijn 11e van school ging, werkt ook niet mee. Hopelijk komen er voor hem betere tijden.

 

Het verhaal van Attila
Szilard en Istvan waren onze eerste gastkinderen. Szilard, was heel rustig en had wat heimwee. Hij heeft een zusje en lieve ouders: Attila en Csilla. Een jaar of zes later sloeg het noodlot toe. Zijn vader was een fiets aan het repareren en bij een proefritje viel hij. Attila was onderhoudsman bij een hotel en was bijna klaar met de bouw van zijn huis. Van het ene op het andere moment kon hij niets meer. Hij had een hoge dwarslaesie en kon alleen nog zijn hoofd bewegen. Zijn vrouw werd zijn mantelzorgster, 24 uur per dag. Ze moest haar baan opgeven. De eerste keer dat we er waren, gingen we met een brok in onze keel weg. Attila zat in zijn rolstoel en over zijn hoofd heen werd zijn toestand besproken. Het gaf zo’n slecht gevoel. Het was de reden dat ik mijn best ging doen wat Hongaars te leren. De jaren erna dronken we er koffie en hadden zo ook contact met Attila. In de loop der jaren hebben we dankzij de Stichting best veel voor hen kunnen doen. Een speciaal bed, rolstoel, bedtafeltje, en incontinentiemateriaal vonden al hun weg naar Attila. Altijd zijn er weer mensen die spontaan hun hulp aanbieden. Maar het blijft zwaar voor hem en zijn familie. Csilla hielp hem altijd vanuit bed in zijn rolstoel, maar het tillen viel haar steeds zwaarder. Ze is inmiddels ook de jongste niet meer. Dit voorjaar kreeg ik een vraag via Messenger van Attila zelf.....wat zou het fijn zijn als ze een tillift hadden. O jee, was mijn eerste reactie. Hoe kom ik daaraan. Dankzij spontane financiële hulp van vrienden is het gelukt er één te sturen met het afgelopen hulpgoederentransport. Ad heeft er een kist omheen getimmerd om de lift veilig te vervoeren. We hebben alles betreffende de veiligheid goed doorgesproken met de familie. Toen de lift met het transport aankwam in Sovata, bracht men deze direct door naar Attila. Nog diezelfde dag kreeg ik de foto’s van Attila, onderweg van bed naar de stoel met een grote glimlach op zijn gezicht. Wat ook heel bijzonder is dat hij zelf heeft leren schrijven. Met een verlengde pen in zijn mond kan hij met zijn telefoon berichtjes sturen. Zijn wereld is opeens zoveel groter geworden. Hij stuurde foto’s uit zijn verkeringstijd. We hebben op die manier regelmatig contact met elkaar. Ik begrijp nu ook dat de vraag niet van zijn vrouw kwam maar van Attila zelf. Hij zal zich zorgen over Csilla hebben gemaakt. Hij heeft zijn situatie leren accepteren en kan nu ook weer.

dgb dewit 3 De broertjes Kristian en Remi
Soms is een gezinssituatie zo schrijnend dat er meerdere kinderen na elkaar uit een gezin naar Nederland komen. Kristian is de oudste en kwam als eerste, met de kenmerken van ouders aan de drank. Remi daarna, de onbezorgde druktemaker. We hebben ze in Nederland een heerlijke tijd kunnen geven en het waren geweldige gastkinderen. Pakketten konden we niet sturen. Met ouders die vaak dronken zijn komt dat niet goed. We kennen door al de gastkinderen veel mensen in Sovata dus vergeten doen we ze niet. Ze woonden in een “schuur”, dichtgemaakt met oranje schotten en zeilen. Toen ze daar uit moesten, kregen ze een caravan aangeboden. Zo één die je ook achter de auto hangt. Voor Pa, Ma, het jongere zusje Laura en de jongens een wel zeer krappe behuizing. Enkele meubels stonden gewoon buiten.
dgb dewit 4
Na enige tijd kreeg ik het bericht dat vrijwilligers van een lokale Adventistenkerk een ‘tiny house’ voor hen gingen bouwen. Het project werd uitgebreid vertoond op Sovata TV. Ik zag de jongens bij de caravan in de sneeuw. Het werd een leuk huisje met alles erop en eraan. Leuke stapelbedjes en een kacheltje. Iedereen blij, zou je denken. Heel even! Kort daarop kreeg ik een berichtje van iemand met een foto van Remi en de vraag, of ik hem kende. Ja, dat is onze Remi. Het bleek dat Remi was weggelopen en zijn ouders wisten niet of hij 1 of 2 nachten weg was geweest. Afijn, Remi was gevonden, maar alles raakte toen in een stroomversnelling. De kinderen werden uit huis geplaatst met alleen datgene wat ze aan hadden en in een kindertehuis ondergebracht. Het was even speuren, maar met wat hulp ontdekten we het tehuis. Zo’n 60 km van Sovata. De begeleiding van het tehuis was blij dat we de jongens uiteindelijk hadden gevonden, want ze hadden zoveel verteld over hun Hollandse vakantie en met ons contact vielen de puzzelstukjes van dat verhaal allemaal op hun plaats. Afgelopen september hebben we weer tijdens onze vakantie rondgetrokken door Roemenië. Natuurlijk was een bezoek aan het tehuis ingepland. We wisten dat ze hun foto’s van Nederland niet mee hadden kunnen nemen. Dus hadden we een stapeltje foto’s op zak. Wat konden we verwachten? Zouden ze verlegen zijn? Spannend! Alleen Laura was thuis. De eerste tijd in het tehuis was voor haar moeilijk. Dat wist ik. Arm kind, je kent ons helemaal niet. Er was ook niemand die kon tolken. Maar ze was heel vrolijk en toegankelijk. Na een half uurtje kwamen de jongens uit school. Twee leuke pubers, nu 14 en 16 jaar met een big smile op hun gezicht. Die is er ook niet meer vanaf gegaan. Al gauw kwamen toch hun eigen fotoboeken die ik voor hen gemaakt had en meegegeven vanuit Nederland, tevoorschijn. Ze hadden inmiddels weer contact met hun ouders. Het stapeltje foto’s bleek gelukkig overbodig.

Op de bank zat ik tussen de twee jongens en hun zusje. dgb dewit 5 Ad zat ernaast en we werden van beide kanten bestookt met verhalen bij de foto’s en vragen: “Blijven jullie slapen? Wanneer komen jullie weer?”. Het is ons wel duidelijk; hier hebben de kinderen een prima tehuis. Kristian vertelde trots dat hij in groep 8 zat. Een geweldige prestatie voor hem. Maar bovenal zijn ze veilig en gelukkig, dat is het belangrijkste. En ook voor ons geven de kinderen zo veel geluksmomentjes. Wat mooi dat wij voor al deze jongens en hun families op één of andere manier een lichtpuntje kunnen zijn.

Jannie de Wit, Benschop